De door Europa en de VS afgekondigde handelsboycot als gevolg van op de opstelling van Rusland in de ramp rond de MH17 [de vliegramp in Oekraïne op 17-07-14] dwingt ondernemers na te denken over hun ondernemersmotivatie en organisatiemoraal. Is het de status die het oplevert die organisaties drijft om zoveel mogelijk geld en bezittingen te verzamelen? Worden ze daardoor zo volgeladen met testosteron en hiërarchisch als dat wordt geboycot? Wat hebben status, hiërarchische organisaties, testosteron en verzamelaars met elkaar te maken? Misschien wel meer dan je denkt.
Want wat is status eigenlijk? Status is de waardering die de vaardigheden en de middelen opleveren. Zoals we vaardigheden kunnen onderscheiden in kennis en kunde, zo kunnen we middelen onderscheiden in materiële en menselijke middelen. Materiële middelen kun je onderscheiden in bezittingen en geld. Menselijke middelen kun je onderscheiden in een netwerk aan contacten die veel waardering opleveren en een netwerk aan contacten die jouw van allerlei diensten [vaardigheden, middelen en mogelijkheden] te bieden hebben. Om dat alles goed te stroomlijnen zijn er organisaties. Een organisatie is één of meer mensen die kennis, kunde, activiteiten en middelen bundelt om daarmee bepaalde doelstellingen te bereiken. Die doelstellingen kunnen variëren van menselijke en materiële middelen verzamelen, tot – al dan niet in één of andere vorm beloond - anderen kennis, kunde, materiële middelen en mogelijkheden aanbieden. De organisaties die [door]geven tot hoofddoel hebben gemaakt zijn meester in de overdracht van kennis, kunde, materiële middelen en mogelijkheden. De organisaties die zijn gefocust op verzamelen, hebben zich in de krijgkunst gespecialiseerd. Die zijn meester in vrijgevige individuen en organisaties naar speciale verzameldoelstellingen [re]organiseren. Want die zijn het makkelijkste te krijgen en leveren de meeste waarde op. En dus status. En dus testosteron, aldus kennislink.nl, want dat schijnt volgens sommige onderzoekers het statushormoon bij uitstek te zijn. Die helpt verzamelaars bij het onderdrukken van hun angst om een conflict aan te gaan met vaardige individuen en organisaties die alles eerlijk willen delen terwijl hun doel is zoveel mogelijk middelen verzamelen. En één van die middelen zijn nou net die vrijgevige individuen en organisaties die zo vaardig zijn en daarmee zoveel waardering oogsten. Die ze vervolgens eerlijk delen met anderen. En dat is nou net niet de bedoeling van de verzamelaar. Want die wil alles voor zijn of haar organisatie en/of zichzelf.... toe-eigenen. Hoe meer vaardige individuen en organisaties, des te meer menselijke en materiële middelen, des te hoger de status van de verzamelaar-organisatie. En hoe hoger de status hoe meer middelen om anderen jouw verzamel-moraal op te leggen. De moraal dat ze alleen vrijgevig mogen zijn naar de verzamelaar-organisatie. Dat de verzamelaar-organisatie bepaalt hoe en met wie er gedeeld mag worden. En hoeveel en wanneer en waarom.
Conclusie? Individuen en organisaties die gericht zijn op menselijke en materiële middelen verzamelen hebben waardering gekoppeld aan de vaardigheid om je veel toe te eigenen. Bij hun bepaalt de kwantiteit de status. En die is zeer belangrijk. Daarom denken en functioneren zij hiërarchisch. Voor individuen en organisaties die gericht zijn op vaardigheden, middelen en mogelijkheden overdragen is waardering gekoppeld aan kwaliteit en delen. Status hoort daar niet bij, dat is alleen maar een storende factor want zij denken en functioneren horizontaal. Met andere woorden: status, verzamelen, testosteron en hiërarchie horen bij elkaar. En daarmee arrogantie, hebzucht en dictatuur [ik bepaal wat jij moet doen], en daarmee conflicten, strijd en uitbuiten. Niet alleen met soortgelijk denkenden, maar meer nog met horizontaal denkenden want die malen niet om status en testosteron, die functioneren democratisch. En dat is de doodssteek voor de hiërarchie. En dus de status. En dus [een hoog] testosteron[niveau].